Regelmatig ontmoet ik ouders die worstelen met de woede-uitbarstingen van hun kind. Ze hebben al van alles geprobeerd: praten, straffen, belonen, ruimte geven aan de boosheid… maar niets lijkt echt te werken. Uiteindelijk komen ze bij mij, omdat ze hun kind willen begrijpen en hopen van daaruit te kunnen helpen.
Maar hoe krijg je eigenlijk een inkijkje in de binnenwereld van je kind? Bij jonge kinderen, vooral tussen de 5 en 9 jaar, kan verbeeldingskracht een krachtige manier zijn om inzicht te krijgen. Dit werd me onlangs weer duidelijk in een sessie met een 8-jarige jongen.
Op ontdekking in de binnenwereld
Terwijl we met elkaar in gevecht waren met speelgoedzwaarden, spraken we over goed en kwaad. Hij vertelde over duivels in de hel en sterren in de hemel. De duivels hadden een taak: slechte mensen meenemen, zodat het goede beschermd bleef. Dit was een eerste stap richting acceptatie van het “kwade” – een belangrijke stap in ieder veranderingsproces, waarbij je via bewustwording en erkenning uiteindelijk gaat aanvaarden om van daaruit te kunnen veranderen.
Toen we verder praatten, zag hij in dat hij zelf ook een soort ‘duiveltje’ in zich had dat af en toe de controle overnam. Doordat we het een naam gaven en personifieerden, kon hij er eenvoudig over praten. Hij tekende zijn duiveltje: een woest mannetje met zes vingers aan elke hand. Hij vond het gemeen, sterk en vasthoudend – duidelijk nog geen acceptatie van dit deel van zichzelf.
Langzaam ontstond er een beeld van hoe het in hem werkte. Zijn hart had zich beschermd met een stenen muur, waardoor het onbereikbaar was geworden, zelfs voor zijn ouders. Toch vertelde hij liefdevol over hoe hij en zijn hart vrienden waren, samen speelden en praatten als hij alleen was. Hieruit werd duidelijk dat er een diep verlangen was naar verbinding.
Van afwijzing naar acceptatie
Ik vroeg hem of dat mannetje er altijd al was geweest. Hij dacht na en concludeerde dat het pas was gekomen toen hij twee was. Via de vragenlijst die zijn ouders vooraf hadden ingevuld kon ik een koppeling maken met een voor hem traumatische ervaring op die leeftijd. Zo’n ervaring kan zich in het lichaam vastzetten als een losgekoppeld stukje van jezelf. In zijn geval was het mannetje ooit een vriend geweest, die hij later onbedoeld had buitengesloten.
Hij begreep nu hoe het mannetje zich moet hebben gevoeld en herkende dit gevoel natuurlijk als geen ander. Vanuit deze nieuw verworven empathie kon ik hem in contact brengen met het mannetje. Met dat deel van zichzelf dat hij al zes jaar had weggestopt en bestreden. Er ontstonden prachtige dialogen tussen hem en het mannetje. Wat had het nodig om weer bij hem en zijn hart te horen? Hoe konden ze samen spelen, zoals vroeger? De jongen vond oplossingen en sprak het mannetje moed in. Zijn hart had intussen een deur gemaakt in de stenen muur, zodat het mannetje naar binnen kon en nooit meer werd buitengesloten.
Deze innerlijke heling werd visueel toen hij opnieuw een tekening maakte: dit keer had het mannetje vijf vingers aan elke hand. “Hij is genezen,” zei hij opgelucht. En zo verliet hij mijn praktijk, een stuk lichter dan hij was gekomen.
De kracht van verbeelding
Dit verhaal illustreert hoe krachtig verbeeldingskracht kan zijn bij innerlijke verandering. Waar wilskracht zich richt op het cognitieve, werkt verbeelding op een diepere, emotionele laag. Dit kan blijvende transformatie teweegbrengen.
Hoe het verder gaat met zijn boze buien? Dat zal de tijd uitwijzen. Maar dat zijn innerlijke beeld van boosheid veranderd is, staat vast. Ook heeft hij de heling fysiek ervaren, wat hem rust en kracht zal geven in de toekomst. Niet ieder kind gebruikt zijn verbeeldingskracht op dezelfde manier, en niet elke sessie leidt tot zo’n duidelijke doorbraak. Maar vaak kan ik ouders al na een paar sessies meer inzicht geven in de binnenwereld van hun kind, zodat ze beter weten hoe ze hun kind kunnen ondersteunen. Want begrip is de eerste stap naar echte verbinding.