Nu vraag je je misschien af, hoe kun je nu in één tekstje praktische tips geven voor al deze uiteenlopende issues. Het antwoord is even simpel als complex. Veel problemen waar jij als ouder in de opvoeding tegenaan loopt, hebben te maken met de interactie tussen jou en je kind. Logisch ook, want dat is waar het hele opvoeden om draait, natuurlijk! En dat is goed nieuws, want dat betekent dat jij als ouder het verschil kunt maken. Namelijk door je bewuster te worden van jouw gevoelens en van de mate waarin jouw gevoelens bepalend zijn voor je gedrag en je woordkeus. 

Een kort voorbeeld om dit toe te lichten. Stel, je kind van 5 heeft je de kop gek gezeurd om met een vriendje te mogen spelen en nadat ze 10 minuten bij jou thuis hebben gespeeld, zegt je kind doodleuk dat hij niet meer wil spelen met dit vriendje. Er zijn over en weer wat woorden gevallen en het vriendje is in tranen. Ogenschijnlijk doet het je kind niks, want die gaat al weer op in een volgend spel in z’n eentje. Daar zit je dan, met een huilend kind, terwijl je ook nog moet koken en de ouder van het vriendje het kind pas over anderhalf uur kan komen ophalen. Pfff, hoe zorg je ervoor dat het voor iedereen weer leuk wordt?!?

En dat is precies waar het om draait in deze opvoedtip; is dit jouw probleem of MAAK je dit jouw probleem? Door het vooral tussen de kinderen zit jij ineens met een naar gevoel en daar wil je zo snel mogelijk vanaf. Natuurlijk wil je dat! Dat is namelijk hoe we allemaal geprogrammeerd zijn. Ongemak ervaren is vervelend en dus komen we direct in actie om het ongemakkelijke gevoel uit te schakelen. In het geval van de ouder uit de situatieschets hierboven, zou dat bijvoorbeeld kunnen leiden tot het bemiddelen tussen beide kinderen (Wat wil jij en wat wil de ander?), het bagatelliseren (Zo erg zal het wel niet geweest zijn), het oplossen voor de ander (Waarom gaan jullie niet iets anders doen wat jullie allebei leuk vinden?), boos worden op je kind (Je wilde zo graag met hem/haar spelen, dan moet je nu ook niet zeuren!), de kinderen afleiden (Willen jullie een koekje/Ipad?). Allemaal begrijpelijke reacties, die voorkomen uit het gevoel dat JIJ ineens met een probleem zit opgezadeld.

Maar hé, is dat eigenlijk wel zo? Is er sprake van fysiek letsel of acute dreiging of is er eigenlijk “alleen maar” sprake van een vervelend/ongemakkelijk gevoel bij alle drie de betrokkenen? Let wel, is er sprake van acute dreiging, dan moet je direct handelen als ouder. In de meeste andere gevallen, is het de kunst je eigen ongemak EN dat van een ander even te verdragen. Dat voelt heel tegennatuurlijk, maar probeer het eens uit en je zult merken hoe (veer)krachtig, oplossingsgericht, vergevingsgezind en zelfredzaam kinderen eigenlijk zijn. 

Kun je dan simpelweg alle issues negeren? Nee, dat is niet waar ik hier op doel. De uitdaging zit ‘m in het leren verdragen van je ongemak, terwijl je met de ander in verbinding blijft. Met andere woorden, er voor iemand zijn zonder zijn of haar probleem te moeten of willen oplossen; mèt empathie, zonder medelijden en zonder irritatie. Het klinkt makkelijker dan het is; er voor iemand zijn, met heel je hart, in liefde naar de ander EN naar jezelf. Misschien klinkt het jou zelfs wat asociaal in de oren, maar er kunnen zijn voor iemand, als een rots in de branding, terwijl diegene alle ruimte krijgt om vanuit jouw veilige aanwezigheid zijn of haar eigen oplossingen te onderzoeken, dat is het grootste cadeau wat je maar kunt geven! Hiermee geef je de ander namelijk (zelf)vertrouwen en verbinding. Daarnaast stimuleert je het zelfoplossend vermogen, de zelfkennis, de zelfredzaamheid en de zelfwaardering bij de ander. En dat is nou precies wat je je kind wilt meegeven in de opvoeding, nietwaar, zodat je je kind als het volwassen is, met een trots en gerust hart de wijde wereld in kunt sturen.

Benieuwd hoe je jezelf kunt trainen in het verdragen van een ongemakkelijk gevoel? Maak een afspraak voor een opvoedondersteuningsgesprek of bel voor een vrijblijvende kennismaking.