Als je kind zich naar voelt, dan raakt dat jou als ouder. Als vader en moeder zie je je kind het liefst gelukkig, vrolijk en zonder zorgen. Als opvoeder weet je dat dit helaas een utopie is. Het leven is nou eenmaal niet altijd leuk, licht en fijn. Er horen ook lastige momenten en periodes bij. Je weet verstandelijk dat je je kind het beste helpt om met lastige en zware momenten en periodes om te gaan, door zijn verdriet, zijn frustratie, zijn neerslachtigheid of welke andere emotie dan ook, te verdragen. Het geeft enorm veel troost, rust en vertrouwen als je kind al deze negatieve en zware emoties even mag voelen en ervaren, zonder dat je ze als ouder wil wegduwen of oplossen. Door ruimte te geven aan deze zwaarte, demonstreer je namelijk dat jij als ouder deze emoties aankunt en je er niet door uit het veld laat slaan. Je laat zien dat ze er zijn EN dat ze ook weer voorbij gaan. Als emoties er echt mogen zijn, dan gaan ze vanzelf, na ongeveer anderhalve minuut, ook weer weg.

 

In die anderhalve minuut gaat je kind van wanhoop / waardeloosheid / hulpeloosheid, via acceptatie naar relativering. Iedereen heeft van nature veerkrachtigheid om weer uit de put te klimmen. Als ouder helpt het als je je kind kunt begeleiden in dit proces door rustig te blijven en te accepteren dat hij zich NU echt heel ellendig voelt en dat je het recht niet hebt deze levensles van hem af te pakken door het voor hem te willen oplossen.

 

Dat vergt heel wat van jou als ouder, omdat het tegen je natuurlijke zorgbehoefte in druist. Daarnaast word je vaak ook als persoon geraakt in een gevoel van waardeloosheid / onzekerheid / angst om het niet goed (genoeg) te doen. Je doorleeft eigenlijk precies hetzelfde als je kind op dat moment. De kunst is, om jouw schuldgevoel, angst of waardeloosheid op dat moment te herkennen als iets van JOU. Iets wat hoort bij jou als persoon. Als OUDER heb je op dat moment iets anders te doen, namelijk zorgdragen voor rust en vertrouwen (op jezelf, op je kind en op het proces van je kind).

 

Dat kun je doen door te benoemen wat je waarneemt (ziet en hoort). Bv. ‘Ik zie tranen of ik zie dat je huilt.’ Vervolgens kun je in rust afwachten wat de reactie van je kind zal zijn (blijf zelf goed doorademen). Of je kunt een suggestie geven op wat je denkt dat je kind voelt; bijvoorbeeld Je bent verdrietig, nietwaar? (‘’Nietwaar’’ of ‘’hè’’ op het einde van een zin geeft een soort van escape. Als je fout zit, zal je kind je corrigeren (Bv. ‘Nee, ik ben boos!’)). Zit je goed, dan kun je het hierbij laten en zwijgend samen de emotie de ruimte geven. Of je kunt het herhalen en geleidelijk aan verbaal steeds meer afstand creëren tot het gevoel: je BENT verdrietig -> je VOELT je verdrietig -> je HEBT een verdrietig gevoel. Dit helpt je kind al geleidelijk aan wat los te komen van de emotie.

 

Intussen kun je je kind troosten. Dat kan verbaal (bv. ‘Wat vervelend voor je dat je je zo rot voelt.’) of non-verbaal (er vlakbij zijn, knuffelen, strelen).

 

Deze eerste 2 stappen herhaal je totdat je merkt dat je kind tot rust komt en/of meer oogcontact gaat zoeken. Kortom, weer meer in de realiteit komt. Pas als je kind weer bedaard is en weer wat meer zichzelf is, dan pas is het voor rede vatbaar en kun je samen op de situatie terugkijken. Je kunt bijvoorbeeld vragen wat hij ervan vindt dat hij zich zo voelde. En je kunt suggesties geven op de realiteit (bv ‘Jij weet ook wel dat………’).

 

Nog wat later kun je vragen wat hij nodig heeft in zo’n moment van jou (bv. wel of juist geen nabijheid, wel of juist geen aanraking, wel of geen kussen om op te slaan of in te bijten, etc).

 

Je eigen proces verloopt precies op dezelfde manier. Vraag jezelf na afloop af wat je van jezelf nodig hebt om rustig te blijven, vertrouwen en waardering te voelen in en op jezelf, om er als vader of moeder voor je kind te kunnen zijn als je kind het moeilijk heeft. Wees hierbij mild naar jezelf. Gun jezelf de tijd en de ruimte om te leren en jezelf erin te ontwikkelen. Je hebt het hele leven van je kind nog voor je om je erin te bekwamen!